Plaquette

Herkomst: Delft of Rotterdam

Gemerkt: Niet gemerkt / Naar een prent van Geertruyt Roghman

Datering: Circa 1748 – 1750

Afmeting: 35 x 37 cm

Onder invloed van ‘vader’Cats” ontstond een serie prenten van Geertuyd Roghman in de periode 1648-’50, waarin Hollandse huisvrouwen met hun bezigheden worden uitgebeeld, waaronder twee naaiwerk verrichtende vrouwen. Hij acht haar taak als meesteres van het huis, haar koninkrijk, als uiterst belangrijk. De door Cats hoog gewaardeerde vrouw noemt hij als inspirator van de tot in details beschreven bezigheden in huis en tuin, maar, zij mocht om “sonderlinge reden’’ niet dienen in de kerk en heersen in de steden.

De voorstelling op deze plaquette vergunt ons een kijkje in een typisch Hollands binnenhuis, met tegelvloer, schouw met bordenrek en draperieën. Deze voorstelling is ongetwijfeld het meest geliefd geweest van al de vijf prenten van Roghman. Er zijn meer plaques bekend met naaistertjes. Men had duidelijk moeite met het perspectief, een euvel dat we vaker bij faïenceschilders aantreffen. Als gevolg van voortschrijdend inzicht is vermoedelijk deze plaque in Rotterdam ontstaan in de fabriek aan de Schiedamsedijk. Voorwerpen uit deze tegelfabriek, waar men incidenteel ook wel siervoorwerpen vervaardigde als nevenproductie, ademen een geheel Delftse sfeer. Het gewicht, de wat puntig gevormde schelp met de enigszins magere glazuur wijzen in deze richting. Wel is de plaquette met rand in reliëf gemaakt met behulp van een vorm en is de rand niet opgeboetseerd wat veel voorkomt bij tegelbakkersfaïence, maar juist niet bij de fabriek van de familie van Aelmis aan de Schiedamsedijk.

1.  Mariët Westermann Art & Home, Dutch Interiors in the Age of Rembrandt New York, 2001. Pag. 192-193. Voor de complete reeks van vijf prenten van Geetruyt Roghman

2.  Cat. Kent en Versint, Eer datje mint. Vrijen en trouwen 1500-1800 (Zwolle 1989) pag. 40-41. Deze plaquette maakt deel uit van de verzameling van het Fries Museum te Leeuwarden. Dutch Delftware, Aronson 125th Anniversary. Amsterdam 2006 pag. 61 no: 45.

3.  Dr. J.D. van Dam. “Rotterdamse faïence 1650-1850.” In: Dr. Ingrid de Jager /Dr. Nora Schadée. Tegels uit Rotterdam (2009) pag. 144-176.